28 april 2007

John Grisham - De erfpachters (2001)

Honderd procent katoen




(Door Peter Kuijt)

In de winkels torenen de stapels met de nieuwste Grisham hoog boven alle romans uit. Boekhandelaren hebben enorme aantallen van De erfpachters ingekocht. En waarom zouden ze ook niet? Elk boek van de Amerikaanse oud-advocaat verkoopt zichzelf wel, ongeacht de kwaliteit. De harde cijfers bewijzen het. Voor het tweede achtereenvolgende jaar voerde John Grisham in 2000 de CPNB Top 100 aan. Hij verkocht ruim 184.000 exemplaren van De broederschap, het jaar daarvoor werden 182.646 paperbacks van 'Het testament' afgezet.

Ook dit jaar zal Grisham ongetwijfeld hoog eindigen, hoewel het nog de vraag is of hij kinderheld Harry Potter van J.K. Rowling zal weten te verslaan. Maar nu zullen de verkoopcijfers het nog meer van de naam 'Grisham' moeten hebben dan van de kwaliteit van het boek.

Grisham maakte naam met 'legal thrillers' als Advocaat van de duivel, De cliënt en De rainmaker. Net als met Het testament, dat een overigens onderhoudende mix was van een reisgids en een bijbelstudie, heeft hij ook nu het thrillergenre verlaten. De erfpachters is het breed uitgesponnen portret van de boerenfamilie Chandler die in het begin van de jaren vijftig het hoofd boven water probeert te houden in Black Oak, een klein gehucht in Arkansas. De bevolking daar probeert met man en macht een redelijk belegde boterham te verdienen met de katoenteelt.

Het is een hard bestaan. Dat blijkt meer dan duidelijk uit de woorden van de 7-jarige (en niet 8-jarige zoals op het omslag staat) Luke Chandler. Ook hij moet meehelpen op de velden van zijn ouders en grootouders, als de katoen rijp is om geplukt te worden. Omdat de familie Chandler de oogst niet in haar eentje kan binnenhalen, worden elk jaar seizoenskrachten ingeschakeld: Mexicanen en 'heuvelmensen', hele volksstammen hillbillies uit de Ozark Mountains, die zich voor 1 dollar zestig per honderd pond aan de Stoneville katoen wilden vergrijpen. Bij de Chandlers strijkt de heuvelfamilie Spruill neer op het erf.

Het is katoen voor en katoen na in De erfpachters. We volgen de kleine Luke op zijn dodelijk vermoeiende plukdagen. De enige lichtpunten in zijn bestaan zijn de 17-jarige Tally Spruill, op wie hij op slag verliefd wordt, het rode honkbaljack van The Cardinals dat hij van zijn plukcenten wil kopen, de jaarlijkse picknick met aansluitend de honkbalwedstrijd tussen de methodisten en de altijd verliezende baptisten, de brieven van zijn broer Ricky die in Korea dient en de vrije zaterdagmiddagen die hij stukslaat in Black Oak met de matinee in de Dixie en het volgen van de gebruikelijke knokpartijen tussen de 'lokalen' en de 'buitenstaanders'.

Als Luke de enige getuige blijkt te zijn van een vechtpartij met dodelijke afloop, lijkt Grisham de spanning enigszins op te schroeven. Maar dan is de roman al voor driekwart op dreef en ziet het ons wit voor de ogen van al die katoenbollen. De draai die Grisham vervolgens aan de plot geeft is teleurstellend en verre van verrassend.

De bestsellerauteur heeft met een erbarmelijk verhaal uitstekend weten aan te geven hoe erbarmelijk het leven van de bevolking in Black Oak is. Maar een goede roman heeft meer nodig: een intrige die de aandacht vasthoudt, bijvoorbeeld. De erfpachters' is honderd procent katoen. Maar de snit is saai en uit de mode.

John Grisham - De erfpachters. Uitgeverij A.W. Bruna, 346 pag.

Geen opmerkingen: