25 november 2010

Unni Lindell - Suikerdood (2010)


Wie heeft de recherchechef vermoord?


(Door Sonja de Jong)

Het duurt even voordat Suikerdood echt goed op gang komt. Maar vanaf dat moment is er ook geen houden meer aan. Dan ontrolt zich een intelligent uitgedacht, spannend verhaal dat je niet makkelijk weglegt voor het uit is. Eens temeer bewijst Unni Lindell dat zij tot de betere thrillerschrijvers uit het hoge noorden – Noorwegen in dit geval – behoort.

Al meteen op de eerste bladzij is duidelijk dat Martin Egge, chef van de landelijke recherche, vermoord is. Maar waarom en door wie? Egges beschermelinge Marian Dahle, ooit door Egge bij een psychopathische, gewelddadige adoptiemoeder weggehaald, en inmiddels zelf ook bij de politie, besluit dit uit te zoeken. Maar omdat zij weet dat hoofdinspecteur Cato Isaksen haar als een ongeleid projectiel beschouwt, werkt zij op eigen houtje en buiten de geëigende kanalen om.

Dahle ontdekt veel, maar Isaksen vertrouwt haar voor geen cent en weigert dan ook haar bevindingen serieus te nemen. Pas als Dahle zelf het slachtoffer van de kille moordenaar dreigt te worden, komt Isaksen tot inkeer.

Overtuigende karakters neerzetten is niet Lindells sterke punt. Met name Isaksen, eerst fel tegen Dahle en daarna opeens voor de volle honderd procent gedraaid, komt niet altijd even geloofwaardig over. Maar het verhaal zit zo spannend en vernuftig in elkaar dat je haar dat met liefde vergeeft.

Unni Lindell - Suikerdood. Vertaling: Ingrid Hilwerda, Carla Joustra en Lucy Pijttersen. Uitgeverij Q, 344 pag.

(Bron: Noordhollands Dagblad)

Geen opmerkingen: