02 april 2011

Plaat van de maand (12)

DE JEUGDZONDE VAN JAN DE HARTOG

De Spanningsblog besteedt met recensies, interviews en nieuws voornamelijk aandacht aan de hedendaagse thriller en de auteurs daarvan: Karin Slaughter, David Peace, Lars Kepler, Loes den Hollander, noem maar op. De vroege Nederlandse misdaadroman is op deze site een ondergeschoven kindje. Maar verzamelaar Wim van Eyle biedt uitkomst. Uit zijn rijke collectie richt Van Eyle eens per maand de schijnwerper op het werk van een - soms vergeten - Nederlandse misdaadschrijver uit vroeger tijden. Vandaag de twaalfde aflevering uit de serie Plaat van de maand. Over F.R. Eckmar.


F.R. Eckmar was het pseudoniem van de schrijver Jan de Hartog. 'Verrek maar', zei hij toen zijn uitgever weigerde zijn politieromans op de markt te brengen en bedacht toen zijn pseudoniem.

Jan de Hartog werd op 22 april 1914 in Haarlem geboren als tweede zoon van de hoogleraar theologie en predikant Arnold Hendrik de Hartog en de schrijfster van religieuze boeken en middeleeuwse mystiek Lucretia de Hartog-Meyes.

Toen hij bijna elf jaar was liep Jan de Hartog van huis weg om als hulpje op een vissersboot te gaan werken. Zijn vader haalde hem echter weer terug op het vasteland, maar niet voor lang, want de zee trok zo dat Jan een jaar later als lichtmatroos op het hospitaal-kerkschip 'De Hoop' werkte en als halfmatroos bij de Stoomvaartmaatschappij 'Oostzee'.

Hij haalde zijn MULO-B diploma en ging naar de Kweekschool voor de Zeevaart in Amsterdam waar hij na drie maanden al weer werd weggejaagd wegens nooit bewezen chantage. Hij zocht het nu wat dichter bij huis en werd stoker bij de Amsterdamse Havenpolitie. Tijdens de nachtwachten begon hij met schrijven. Zijn eerste boek 'Het huis met de handen' (1934) was nog een mislukking, maar zijn eerste politieroman 'Een linkerbeen gezocht' was een groot succes. Zijn met veel vaart en humor geschreven boek en de geslaagde formulefiguren commissaris Wiebe Poesiat (die het altijd had over 'arijt' (allright) en 'sjersjee la fam' (cherchez la femme) - zie ook Havank) en de politiemensen Gregor Boyarski en Yvonne Delpéche werd zowel door de pers als het publiek goed ontvangen.

Jan de Hartog zou later zelf beweren dat het hier om een jeugdzonde ging, nietteman schreef hij in de periode 1935-1938 vijf politieromans. Opgemerkt moet nog worden dat in het boek 'Spoken te koop' geen spook voorkomt, maar dat de titel een samentrekking was van twee raamopschriften: 'English spoken' en 'Te koop'.

De Eckmar-boeken verschenen bij Van Dishoeck (de eerste drie), Querido (nummer 4 en 5), Bruna (met alle covers getekend door Dick Bruna), Elsevier en Fontein (covers van Hans Sturris).

Het befaamde rijtje:
1935 - 'Een linkerbeen gezocht' (ook als hoorspel)
1936 - 'Spoken te koop'
1937 - 'Ratten op de trap' (ook als hoorspel)
1937 - 'Drie doode dwergen'
1938 - 'De maagd en de moordenaar'






Zijn grootste succes behaalde Jan de Hartog met zijn net voor de Duitse bezetting verschenen roman 'Hollands Glorie' (1940). Het boek werd in 1942 door de Duitse bezetters verboden omdat Jan de Hartog het vertikte zich te melden bij de Kulturkammer. Het boek werd gebruikt als symbool van het verzet door het bij slagers en bakkers in de winkel neer te zetten.

Dat ging even goed maar in 1943 moest Jan de Hartog toch op de vlucht. Na heel wat omzwervingen bereikte hij na een half jaar Engeland waar hij trouwde en ging werken voor de Regerings Voorlichtingsdienst. Na de oorlog vertrok hij naar de USA om als 'Quaker' sociale misstanden aan de kaak te stellen in de vele boeken die er van hem verschenen. Succesvolle boeken waren nog 'Schipper naast God' (1945), 'Gods geuzen' (1947/1948), 'Stella'(1950), 'Mary'(1951) en het boekenweekgeschenk ''Herinneringen van een bramzijgertje' (1967). In 1979 en 1981 verschenen zijn Eckmar-verhalen nog in een Omnibus.

Jan de Hartog overleed op 22 september 2002 in Houston (USA). Hij lag in een ziekenhuis voor een heupoperatie en raakte geïnfecteerd door een ziekenhuisbacterie, die een hartstilstand veroorzaakte.

(Bronnen: Wim van Eyle, Mats Beek, Hillebrand Komrij, Jan Roosendaal)

Geen opmerkingen: